Energietransitie
De gevolgen van de opwarming van de aarde en klimaatverandering zijn groot. Vóór 2050 gaat Nederland over op duurzame energie, zodat de aarde ook voor onze kinderen en kleinkinderen leefbaar blijft. Dat staat in het Klimaatakkoord. Iedereen heeft hierin een rol: inwoners, bedrijven, organisaties, gemeente, provincie en rijksoverheid. Ook in onze gemeente willen we in 2050 energieneutraal zijn. Dat bereiken we door minder energie te gebruiken en meer duurzame energie op te wekken. De omschakeling van fossiele energie naar duurzame energie noemen we de energietransitie.
Deze overstap gaat natuurlijk niet van de één op de andere dag. Wel kunnen we samen stappen zetten om ervoor te zorgen dat Laarbeek in 2050 energieneutraal is. Dit kan op 3 manieren:
- Energie (en kosten) besparen
- Energie gebruiken op het juiste moment (minder terug leveren en afnemen)
- Energie uit hernieuwbare bronnen (geen fossiel)
Energie besparen
De energietransitie houdt in dat we slim om moeten gaan met energie. Dat begint met niet meer energie gebruiken dan nodig is. Soms kun je het energieverbruik al verminderen door kleine aanpassingen in je gedrag. Je kunt energie besparen door verschillende maatregelen te treffen. Dat kan snel en makkelijk door kleine maatregelen, zoals het aanschaffen van ledlampen, een waterbesparende douchekop en radiatorfolie. Maar je kunt ook grotere dingen doen, zoals het huis isoleren en zonnepanelen plaatsen. Zo verbeter je de woning en je krijgt meer grip op de energierekening.
Energie gebruiken op het juiste moment
We gebruiken met z’n allen steeds meer energie. Ook wekken we veel meer stroom op. Door slim met energie om te gaan bespaar je op je energierekening én je belast het energienet minder. Maak overdag zoveel mogelijk gebruik van de stroom die je opwekt. Zo kun je wanneer de zon schijnt direct uit eigen opwek je was draaien of auto opladen. Zo zorgen we er samen voor dat de energietransitie voor iedereen betaalbaar blijft.
Hernieuwbare bronnen
We moeten er samen voor zorgen dat we geen fossiele brandstoffen zoals aardgas, olie en kolen meer gebruiken. En dat we onze energie uit hernieuwbare bronnen gaan genereren. Dat betekent dat we uiteindelijk onze huizen, gebouwen en kantoren niet meer met aardgas verwarmen en zelf een flink deel van onze stroom duurzaam opwekken. Energie kan uit verschillende hernieuwbare bronnen worden opgewekt. Zo kan er elektriciteit worden opgewekt uit zon-, wind- en waterkracht. Deze energie kan direct worden gebruikt. Of worden opgeslagen in batterijen of omgezet in waterstof. Deze kan daarna op een later moment gebruikt worden. Bijvoorbeeld voor elektrische apparatuur en verlichting in huis of om een auto op te laden.
Het is ook mogelijk om restwarmte te halen uit de industrie, koeling van supermarkten of uit de rioolwaterzuivering. Of de warmte uit de aarde te halen (geothermie), uit het kanaal (aquathermie) of van de zon (zonthermie).